Verhuurders opgelet: wetswijziging vast huurcontract woonruimte weer de norm
25 augustus 2024Per 1 juli 2024 zijn weer diverse wettelijke regelingen ingevoerd. Zo is ook de Wet vaste huurcontracten in werking getreden. De wetgever wil met invoering van deze wet onzekerheid bij huurders wegnemen. De invoering van deze wet heeft ook gevolgen voor u als verhuurder. Een vast huurcontract is namelijk weer de norm. In specifieke gevallen is het voor verhuurders nog wel mogelijk om tijdelijke huurcontract te sluiten. Hieronder zullen wij de belangrijkste wijzigingen waar u rekening mee dient te houden kort aanstippen.
De oude situatie
Tot 1 juli 2024 was het voor u, als verhuurder, nog mogelijk om naast contract voor onbepaalde tijd ook voor zelfstandige woonruimte tijdelijke huurcontracten te sluiten met een looptijd van maximaal twee jaar. Zo’n contract eindigde dan in beginsel van rechtswege, tenzij werd besloten om het huurcontract voort te zetten.
De nieuwe situatie
Door invoering van de Wet vaste huurcontracten kunt u per 1 juli 2024, uitzonderingsgevallen daargelaten, alleen een vast contract met uw huurders afsluiten. Alle huurcontracten zoals die na 1 juli 2024 zijn of worden gesloten worden in beginsel aangegaan voor onbepaalde tijd.
Wel heeft de wetgever op deze hoofdregel een aantal uitzonderingen gemaakt. Het aangaan van tijdelijke huurovereenkomst met een huurder is niet geheel onmogelijk gemaakt. In bepaalde gevallen mag u als verhuurder alsnog een tijdelijke huurovereenkomst met de huurder sluiten. Het gaat dan om de volgende situaties:
- Verhuur ter voorkoming van leegstand op grond van artikel 15 en 16 van de Leegstandswet;
- In het geval er sprake is van tussenhuur, denk hierbij aan de situatie dat u als verhuurder langere tijd afwezig bent wegens een reis of wegens werk in het buitenland. Uw huurder vertrekt dan als u terugkomt en de huur mag niet tussentijds worden opgezegd;
- Voor huurders die behoren tot een bepaalde doelgroep. U kunt hierbij denken aan studenten, ouderen en/of gehandicapten;
- Hospitaverhuur. Hiervan is sprake als u en de huurder in dezelfde woning wonen en gemeenschappelijke voorzieningen delen, maar geen gemeenschappelijke huishouding voeren;
- De verhuur voor korte duur, bijvoorbeeld het verhuren van een vakantiewoning.
De nieuwe situatie
Door invoering van de Wet vaste huurcontracten kunt u per 1 juli 2024, uitzonderingsgevallen daargelaten, alleen een vast contract met uw huurders afsluiten. Alle huurcontracten zoals die na 1 juli 2024 zijn of worden gesloten worden in beginsel aangegaan voor onbepaalde tijd.
Wel heeft de wetgever op deze hoofdregel een aantal uitzonderingen gemaakt. Het aangaan van tijdelijke huurovereenkomst met een huurder is niet geheel onmogelijk gemaakt. In bepaalde gevallen mag u als verhuurder alsnog een tijdelijke huurovereenkomst met de huurder sluiten. Het gaat dan om de volgende situaties:
- Verhuur ter voorkoming van leegstand op grond van artikel 15 en 16 van de Leegstandswet;
- In het geval er sprake is van tussenhuur, denk hierbij aan de situatie dat u als verhuurder langere tijd afwezig bent wegens een reis of wegens werk in het buitenland. Uw huurder vertrekt dan als u terugkomt en de huur mag niet tussentijds worden opgezegd;
- Voor huurders die behoren tot een bepaalde doelgroep. U kunt hierbij denken aan studenten, ouderen en/of gehandicapten;
- Hospitaverhuur. Hiervan is sprake als u en de huurder in dezelfde woning wonen en gemeenschappelijke voorzieningen delen, maar geen gemeenschappelijke huishouding voeren;
- De verhuur voor korte duur, bijvoorbeeld het verhuren van een vakantiewoning.
Ook mag u met een aantal specifieke groepen huurders na 1 juli 2024 een huurcontract voor bepaalde tijd sluiten. Het gaat om de groepen zoals benoemd in het ‘Besluit specifieke groepen tijdelijke huurovereenkomst’. Met hen kunt u vanaf 1 juli 2024 een overeenkomst sluiten met een looptijd van maximaal twee jaar en het gaat dan om de navolgende groepen:
- Huurders die voor hun studie tijdelijk in Nederland wonen;
- Huurders die in verband met dringende werkzaamheden of renovatie niet in hun vaste woning kunnen verblijven;
- Huurders met een aantoonbare urgente huisvestingsbehoefte en huurders die mantelzorg verlenen en/of ontvangen;
- Huurders met wie de verhuurder een zogenaamde tweede of laatste kans-overeenkomst aangaat of een gecombineerde huurovereenkomst met begeleiding;
- Huurders die in de woning woonden voordat de voorheen hurende ouder of grootouder kwam te overlijden;
- Gescheiden ouders met minderjarige kinderen die in de buurt van de kinderen willen blijven wonen;
- Ex-verslaafden die tijdelijk onder begeleiding moeten wonen;
- Personen die voor hun werk tijdelijk op een van de Waddeneilanden woonruimte nodig hebben;
- Vergunninghouders die direct uit een COA opvanglocatie komen en woonruimte huren in afwachting van definitieve huisvesting door de betrokken gemeente.
Overgangsrecht
Heeft u met uw huurder een tijdelijke huurovereenkomst gesloten voor 1 juli 2024 dan blijft deze in stand en loopt deze door tot aan de einddatum zoals genoemd in de huurovereenkomst. De huurder moet dan in beginsel verhuizen. Wordt het huurcontract verlengd dan komt er een huurcontract voor onbepaalde tijd tot stand.
Heeft u vragen of wilt u advies over uw huurcontracten, over de Wet vaste huurcontracten of over het huurecht in het algemeen dan zijn onze juristen van AGIN Pranger gerechtsdeurwaarders u graag van dient. Neem dan gerust contact met ons op. Wij staan u graag te woord.